De Pannenkoekplant, met de Latijnse naam Pilea Peperomioides, komt oorspronkelijk uit China. In de jaren 40 werd de plant in Europa geïntroduceerd en in de jaren 70 groeide hij uit tot een waar stijlicoon. De afgelopen jaren heeft deze bijzondere plant opnieuw een comeback gemaakt.
De Pannenkoekplant herken je aan zijn ronde, platte bladeren die als kleine pannenkoekjes aan lange stelen groeien. Hoe ouder de plant wordt, hoe groter de bladeren zullen zijn. Na verloop van tijd vormt de Pilea een stam die in de hoogte groeit en steeds dikker wordt. Soms is het nodig de stam te ondersteunen met een stokje.
De Pannenkoekplant is een makkelijke kamerplant die weinig eisen stelt. Plaats hem op een lichte standplaats met veel indirect zonlicht en zorg voor een lichtvochtige bodem. Toch zijn er enkele tips die helpen om de plant optimaal te verzorgen.
Maximale hoogte (binnen): +/- 60 cm
Verzorgingsniveau: eenvoudig
Standplaats van de Pannenkoekplant
De Pannenkoekplant staat graag in veel licht, maar verdraagt geen direct zonlicht op de bladeren. Indirect zonlicht is ideaal. Bij te weinig licht zullen de bladeren geel worden en kan de plant zijn compacte vorm verliezen.
Water geven
De Pilea houdt van een lichtvochtige grond. Geef wekelijks een kleine hoeveelheid water en controleer of de grond niet te nat blijft. Te veel water kan leiden tot bladuitval en wortelrot.
Pannenkoekplant wordt te groot
Wanneer de plant groter wordt dan gewenst, kan je de groei vertragen door niet meer te verpotten. Ook kan je de stam terugsnoeien tot de gewenste hoogte. Met een beetje geluk maakt de plant nieuwe scheuten vanuit de stam. De afgeknipte stam kan bovendien in water worden gezet om te wortelen en als nieuwe plant verder te groeien.
Bladeren snoeien
De Pannenkoekplant hoeft niet actief gesnoeid te worden. Naarmate de plant hoger groeit, vallen de onderste bladeren vanzelf van de stam.
Bladeren sproeien
Het sproeien van de Pannenkoekplant is niet noodzakelijk, maar kan wel helpen tegen stof en werkt preventief tegen ongedierte.
Stekken
De Pannenkoekplant staat bekend om zijn eenvoud in vermeerderen. Rond de stam groeien vaak kleine babyplantjes. Deze kunnen met een scherp mes voorzichtig van de moederplant worden verwijderd. Zet de stekjes eerst in water tot er voldoende wortels groeien, en plaats ze daarna in aarde.
Gele bladeren
Het verkleuren van onderste bladeren is een normaal proces: deze vallen uiteindelijk vanzelf af. Wanneer echter alle bladeren geel worden, is dit een teken dat de plant te weinig licht of juist te veel water krijgt.
Voeding geven
In de lente en zomer kan de Pannenkoekplant wat extra voeding gebruiken. In de herfst en winter is de plant in rust en heeft hij geen voeding nodig. Geef nooit meer dan de aanbevolen hoeveelheid om schade te voorkomen.