Ongedierte en ziektes van kamerplanten
Het kan soms lastig zijn om je kamerplanten in leven te houden. De ene dag lijkt het alsof de plant in orde is en de volgende dag vallen er bladeren uit en is deze besmet ongedierte.
Het is eigenlijk niet zo moeilijk om kamerplanten te verzorgen, maar je moet wel op de basisbehoeften letten en eventuele plaagproblemen meteen verhelpen.
5 snelle tips om kamerplanten gezond te houden
Om ziektes en plagen te voorkomen en je planten gezond te houden, hebben we 5 tips op een rij gezet. Voorkomen is namelijk beter dan genezen!
- Inspecteer planten voordat je ze naar binnen brengt – of ze nu nieuw zijn gekocht of de zomer buiten hebben doorgebracht. Als ze tekenen van plagen of ziekten vertonen, houd ze dan geïsoleerd en genees het probleem voordat je je andere kamerplanten infecteert.
- Verwacht dat nieuwe planten wat bladeren laten vallen of anderszins symptomen van shock vertonen wanneer u ze van de kinderkamer naar uw huis verplaatst, vooral als de lichtniveaus in uw huis aanzienlijk verschillen.
- Plaats geen planten op probleemplekken, waar de temperatuur fluctueert, te warm of te koud blijft. Plaats planten bijvoorbeeld uit de buurt van verwarmings- en airconditioningkanalen en plaats ze niet op een radiator of tussen gordijnen en een bevroren raam.
- Zorg voor het juiste licht. Planten die de voorkeur geven aan fel licht zullen gedijen in een raam op het zuiden. Ramen op het oosten en westen hebben een matige zon. Noord-ramen hebben heel weinig zon. Planten die veel licht nodig hebben, doen het het beste onder een kweeklamp.
- Houd er rekening mee dat verwarmingssystemen in de winter de lucht kunnen uitdrogen. Sommige planten houden van een hoge luchtvochtigheid.
Ongedierte die vaak voorkomen op kamerplanten
- Bladluizen – kleine, zachte insecten die zich voeden met de punten van takken en de onderkant van bladeren. Ze veroorzaken verstoorde nieuwe groei op planten.
- Wolluizen – zijn wit en lijken op katoen. Wolluizen zijn te vinden op stengels, bladeren en wortels van planten. Ze komen vaak voor op cactussen en vetplanten. Voedingsschade veroorzaakt groeiachterstand en voortijdige bladval.
- Zachte schaal insecten – eenmaal vastgeklampt aan een voedingsplek op de plant, scheiden deze beestjes een wasachtige laag over hun lichaam af die niet kan worden verwijderd. Volwassen insecten hebben ronde, groene of bruine schalen. Ze hechten zich vast aan de bladeren en stengels van planten. De insecten komen vooral voor op de ficus, citrusvruchten, varens en klimop.
- Witte vliegen – kleine, witte, mugachtige insecten. De kerstster, klimop en hibiscus zijn favorieten van de witte vlieg. Getroffen planten vertonen vergeling, verminderde groeikracht en bladverlies.
- Tripsen – extreem kleine insecten die zich voeden met bloemen en de onderkant van bladweefsel. Ze veroorzaken strepen en vervorming van bloemen en gebladerte en knoppen gaan vaak niet open.
- Spintmijten – kleine spinachtigen die gedijen in hete, droge omstandigheden. De dracaena, vijgen, hibiscus en klimop worden vaak aangetast door spintmijten. Ze voeden zich aan de onderkant van de bladeren en veroorzaken stippelvorming, grijs/brons verkleuring, voortijdige bladval en fijn weefsel.
Ziekten die kamerplanten kunnen aantasten
Ziekten zijn over het algemeen zeldzaam en moeilijker te behandelen dan insectenplagen van kamerplanten.
- Grijze schimmel (Botrytis cinerea) – tast ouder gebladerte en bloemen aan, veroorzaakt bruine, natte plekken op bladeren of bloemen. Stoffige, grijze sporen zijn zichtbaar op geïnfecteerd weefsel.
- Bladschimmel – ovale, bruin/zwarte vlekken, niet beperkt door bladnerven, vaak met een gele halo of paarse band. In de lucht verspreide sporen verspreiden zich naar gezonde bladeren. Vaak aangetaste planten zijn palmen, yucca en orchideeën.
- Echte meeldauw – vervorming en grijs-witte poederachtige laag op de bladeren en stengels van kamerplanten, vooral Afrikaanse viooltjes, vetplanten en begonia’s worden aangetast.
- Wortelrot – door te veel water of beschadigde wortels. Hoewel het te voorkomen is, is wortelrot een bodemschimmel die verwelkende en zwartgeblakerde, papperige wortels veroorzaakt. Vooral orchideeën, cyclamen en vetplanten zijn gevoelig.
Tot slot
Wanneer één van je kamerplanten toch last heeft van ongedierte en/of ziektes zorg er dan voor dat je de plant meteen isoleert en het probleem verhelpt. Het bestrijden hiervan kan hartnekkig zijn en vraagt vaak om een grove aanpak!